Gevecht tussen de spitsen

08 februari 2003
Hoek 1
Ze waren vorig seizoen al beiden clubtopscorer en ondanks een matige start staan ze ook dit seizoen weer bovenaan het topschutterslijstje van hun club. Rieno van Oost (Hoek) en Erik de Groene (Kloetinge) staan vanmiddag tegenover elkaar in de spits in de enige Zeeuwse hoofdklassederby.
Hun stijlen zijn conflicterend. Van Oost is het Belgische equivalent van Juul Ellerman: tenger, lichtvoetig, een duveltje uit een doosje. De Groene is het Nederlandse equivalent van Jan Ceulemans: robuust, standvastig, een krachtmens. Hoe contrasterend de stijlen ook zijn, beide leveren het gewenste resultaat op: doelpunten. Alleen blijven de cijfers van het tweetal dit seizoen ver achter bij die uit de vorige competitie. Van Oost maakte tot nu toe in zestien wedstrijden acht doelpunten. Een jaar geleden stond hij na evenveel duels al op veertien treffers. De Groene staat nu op negen doelpunten, terwijl hij vorig seizoen na zestien duels al zeventien keer in de roos had geschoten. Het jaar dáárvoor stond hij op hetzelfde moment op zestien doelpunten. Hoewel hun clubs productiever dan ooit zijn (Hoek en Kloetinge scoren ongeveer twee keer per wedstrijd), blijven de topschutters nog achter. Hun 'doelpunten-rating' in de hoofdklasse is niettemin voorbeeldig. De Groene maakt gemiddeld elke 119 minuten een doelpunt, Van Oost doet er slechts drie minuutjes langer over. De 48 treffers van De Groene in tweeënhalf seizoen Kloetinge en de 25 treffers van Van Oost in anderhalf seizoen Hoek zijn allebei zo'n dertig procent van de totale productie van hun club. Op deze punten verschillen de Belg en de Zeeuw nauwelijks. De verdeling van het tijdstip van scoren levert echter opmerkelijke verschillen op. Wellicht aardige handvatten voor Johan Mücher (Hoek) en Niels Lodewijk (Kloetinge), die morgen waarschijnlijk de bewaking van de spitsen voor hun rekening nemen. Mücher moet het beste tot het laatst bewaren. Zijn tegenstander De Groene is namelijk een echte diesel. In het eerste halfuur scoort hij slechts sporadisch, in het tweede halfuur al iets vaker, maar in het laatste halfuur gaan alle remmen los. Meer dan de helft van zijn 48 treffers (25 om precies te zijn) maakte De Groene in het laatste halfuur van de wedstrijden. Met een absolute piek in het laatste kwartier: daarin maakte hij 14 van zijn 48 treffers (dertig procent). Voor Niels Lodewijk zou het zware werk als mandekker van Van Oost er dan al op moeten zitten. De Belgische spits, geboren in een piepkleine parochie genaamd Kleit, verdeeld zijn doelpunten vrij regelmatig over zijn wedstrijden, maar hij is op z'n gevaarlijkst in het halfuur na de rust. Daarin maakte hij tot nu toe 12 van zijn 25 doelpunten. Zijn minste doelpunten maakt hij opmerkelijk genoeg in het laatste kwartier van de wedstrijd (slechts 3). Volgens de cijfers is de kans dat beide spitsen morgen in Hoek tot scoren komen niet zo groot. Die kans was groter geweest wanneer het duel in Kloetinge zou worden gespeeld. Van Oost maakte dit seizoen immers zes van zijn acht doelpunten buitenshuis, terwijl De Groene zes van zijn negen treffers op het eigen Wesselopark maakte. De doelpunten moeten morgen dus van andere voeten komen.