'Het is alsof ik weer thuis ben'

22 februari 2002
Overige
Elmar Lauret speelde zich drie jaar geleden in de kijker bij Hoek, maakte er gedurende twee jaar sporadisch zijn opwachting in de hoofdmacht en koos aan het begin van dit seizoen voor het Belgische Eeklo. Nieuw blessureleed hield hem daar lang aan de kant, waarna de jonge Bressiaander vervolgens niet aan spelen toekwam. Tijdens de winterstop keerde hij terug bij Breskens. "Het is net alsof ik weer thuis ben."
Hij is een kleine twee maanden terug op het oude nest, maar het is hem niet meegevallen, vertelt hij. Een knieblessure hield hem bij Hoek bijna een jaar aan de kant. Een enkelblessure was er debet aan dat hij bij Eeklo in de voorbereiding moest afhaken. "Ik wil bij Breskens vooral weer lekker voetballen", zegt hij. "Maar het is allemaal nog niet zo bar hoor. Ik heb tegen Zierikzee en Grenswachters in de spits gestaan en afgelopen zondag tegen RCS op het middenveld. Ik denk nog wel eens: komt dat nog wel goed? Het is er nog wel hoor, maar ik moet zorgen dat ik ritme terugkrijg." Zijn Belgische avontuur is niet geworden wat hij ervan verwacht had. "Het leek me weer eens wat anders", blikt hij terug. "Eeklo is op zich een leuke vereniging. We zaten er met vijf spelers uit Nederland, maar trokken toch ook veel met de Belgische spelers op. Het was op zich een goede groep. Maar qua voetbal ging het niet echt lekker. Ik mocht bij Hoek geregeld mee als reserve en kreeg altijd als eerste wel speelminuten. Maar ik kwam daardoor in België", natuurlijk veel ritme tekort." "Er werd bij Eeklo weinig op techniek gevoetbald. Ook op de training ging het er hard aan toe, maar het niveau was toch wel heel behoorlijk. We hadden een grote spits en toen de rechtshalfpositie vrij kwam, zeiden ze dat dat wel iets voor mij was. Alle ballen moesten zo snel mogelijk naar de spits. Het middenveld werd dus dikwijls overgeslagen. Je liep je op het middenveld het apezuur." "Eigenlijk was het bij Eeklo al slecht begonnen, omdat ik in juli op vakantie in Turkije ziek was geworden. Ik heb er zelfs nog in het ziekenhuis gelegen. Ik was aan het begin van de voorbereiding hartstikke slap en liep achter de feiten aan. In de voorbereiding speelde ik wel in de eerste ploeg, maar kort voordat de competitie begon, raakte ik aan mijn enkel geblesseerd. Door die blessure moest ik opnieuw revalideren en miste ik het begin van de competitie. Iedereen die terugkomt van een blessure, moet bij Eeklo bij de reserves beginnen. Die spelen op vrijdagavond, maar dan volg ik een cursus. Ik kwam dus helemaal niet meer aan spelen toe en raakte op een dood spoor." Elmar Lauret zette alles op een rij en hakte in december de knoop door. "Ik zag het niet meer zitten om alleen voor de trainingen naar Eeklo te gaan. Ik had een keer met Robbie de Muijnck gesproken en daarna met Gerard Walraven gebeld. Het zag er eerst naar uit dat het niet kon doorgaan, maar Breskens heeft zich er denk ik wel sterk voor gemaakt. Ik ben tweeënhalf jaar weg geweest, maar voelde me direct weer thuis. Het zijn natuurlijk allemaal bekende gezichten. Ik heb hier vanaf de jeugd alles doorlopen." "Ik had Breskens in de afgelopen jaren wel thuis zien spelen, toen ik bij Hoek voetbalde. Dan had ik daarna natuurlijk ook contact met de jongens. Er zijn wel een paar spelers bij gekomen, maar ik vind niet dat ze anders zijn gaan spelen. Er wordt hier lekker getraind. Het is alleen jammer dat we geen twee keepers hebben. Dan zouden we eens een grote partij kunnen spelen op twee grote doelen." Periodetitel Zijn vierde duel met Breskens, zondag tegen Patrijzen thuis, is van cruciaal belang. De Zeeuws-Vlamingen hebben aan een gelijkspel voldoende om zich van de tweede-periodetitel te verzekeren. Elmar Lauret: "Ik heb Patrijzen hier vorig seizoen zien spelen en vond dat toen één van de betere ploegen. De wedstrijd leeft wel binnen de groep. Ze hebben het altijd een beetje in het achterhoofd gehouden, maar het komt nu wel erg dichtbij. Ik denk dat wij ons bekende spelletje zullen spelen." Met een periodetitel als eerste opsteker op zak, zal het feest zijn in Breskens, weet Lauret. Voor de jonge speler zelf kan de feestvreugde met een goede wedstrijd worden verhoogd. "Toen ik bij Breskens het laatste halve seizoen in het eerste moest meedoen, scoorde ik gemakkelijk. Maar op dit moment lukt het allemaal nog net niet. Daar baal ik van. Dat ligt misschien ook een beetje aan mezelf. Toen ik bij Hoek trainde, wilde ik meedoen met mannen als Patrick Naudts en ook bij Eeklo moest ik altijd volle bak geven. Bij Breskens heb ik dat nog wat minder. Maar normaal gesproken leg je op de training toch de basis voor de wedstrijden."